Biosimilars: Wat zijn ze?

 

15/12/2022

 

Heel wat mensen met reumatische aandoeningen worden behandeld met biologische geneesmiddelen of biologicals. Maar wat zijn biologicals?

 

Lees hier de nieuwe folder over biosimilars, ontwikkeld door EUPATI België in samenwerking met diverse patiëntenorganisaties.

De folder liever in het Frans of Engels? Klik dan hier.

 

Biologische geneesmiddelen of biologicals zijn eiwitten die de werking van onze lichaamseigen stoffen nabootsen of beïnvloeden. Ze worden gebruikt voor de behandeling van ernstige chronische aandoeningen zoals reumatoïde artritis (RA), inflammatoire darmziekten, suikerziekte en kanker. Biologicals worden geproduceerd uit levende organismen, vaak zijn dit bacteriën of dierlijke cellen.

Omdat biologische geneesmiddelen uit levende cellen worden geproduceerd, varieert het medicijn lichtjes doorheen de tijd.(1) Dit zorgt er met name voor dat kleine verschillen in structuur tussen verschillende loten van eenzelfde biological onvermijdbaar zijn. Dergelijke verschillen zijn in principe geen probleem wat de werking van biologicals betreft, zolang deze verschillen binnen een bepaalde marge blijven. 


Het is de taak van de fabrikant om aan te tonen dat deze kleine verschillen in structuur geen verschillen in kwaliteit, veiligheid en werkzaamheid betekenen voor de patiënt. Dit wordt nauwgezet geëvalueerd door het Europees Geneesmiddelenagentschap (EMA). Nadat EMA de goedkeuring heeft gegeven voor een geneesmiddel, wordt het toegelaten voor patiënten in de Europese Unie (EU).(1,2) Daarna is het de taak van de lidstaten om de prijs en terugbetaling te regelen zodat het geneesmiddel daadwerkelijk op de markt komt. In België wordt dit laatste vooral geregeld door het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV).(3) 

 


Biosimilars
Zoals voor alle innovatieve geneesmiddelen worden biologicals gedurende een bepaalde periode beschermd met een patent. Gemiddeld loopt deze periode zo’n tien jaar door nadat ze op de markt zijn verschenen. Eenmaal dit patent van een biological verlopen is, mogen gelijkwaardige versies van deze originele biologicals op de markt komen. Deze gelijkwaardige versies worden biosimilars genoemd en zijn in hoge mate gelijkwaardig aan de originele biological. Er wordt gesproken over een hoge mate van gelijkwaardigheid omdat, zoals reeds eerder vermeld, een beperkte mate van structurele variatie normaal is bij alle biologische geneesmiddelen. 
Fabrikanten die biosimilars op de markt brengen dienen daarom aan te tonen dat de kleine structurele verschillen ten opzichte van het referentieproduct binnen strikte grenzen vallen. Op deze manier wordt gegarandeerd dat biosimilars gelijkwaardig zijn aan het originele product wat kwaliteit, effectiviteit, en veiligheid betreft. Het is andermaal het EMA die deze gelijkwaardigheid evalueert, waarbij na goedkeuring het geneesmiddel toegankelijk wordt voor patiënten in de EU.(1)

 
Graag benadrukken we dat het EMA de pionier was als het over goedkeuring van biosimilars gaat. De eerste biosimilar werd in Europa goedgekeurd in 2006. Inmiddels zijn er reeds meer dan 65 biosimilars beschikbaar voor Europese patiënten. Daardoor heeft Europa een enorme ervaring opgebouwd met het gebruik van biosimilars voor patiënten met allerlei aandoeningen. Het is immers zo dat zelfs na 15 jaar ervaring met biosimilars in Europa er nog steeds geen biosimilars van de markt zijn gehaald omwille van verminderde werking of veiligheid. Dit onderlijnt nog maar eens de robuustheid van het goedkeuringsproces voor biosimilars dat we in Europa kennen.(4,5) 

 


Biosimilars in België
In België zijn er momenteel meer dan 35 biosimilars goedgekeurd voor 13 verschillende originele biologicals. Wat de behandeling van reumatoïde artritis betreft, verscheen de eerste biosimilar (infliximab) in 2015 op de Belgische markt. Nadien verschenen er ook biosimilars voor etanercept en adalimumab. In de nabije toekomst valt te verwachten dat er ook voor andere producten biosimilars op de markt zullen komen, om zo meer patiënten met RA te behandelen in België.


Jammer genoeg kent België reeds vanaf het verschijnen van de eerste biosimilar een moeilijke situatie met betrekking tot biosimilars. Het gebruik ervan is beperkt en komt tot op heden maar traag op gang.(6,7) Met het lage gebruik van deze producten is het dan ook niet te verbazen dat het verschijnen van biosimilars voor bepaalde producten uitblijft in België. Daarnaast werd er ook al een biosimilar terug getrokken uit de Belgische markt omwille van commerciële redenen. Op deze manier loopt België belangrijke opportuniteiten mis om de toegang tot biologische geneesmiddelen uit te breiden voor de Belgische patiënt.(7) 
Het is daarom van belang voor onze Belgische regering om werk te maken van een meer duurzame marktsituatie voor biosimilars. Dit werd reeds meermaals herkend in verschillende beleidsdocumenten. De huidige regering heeft dan ook de doelstelling opgenomen om maatregelen te implementeren om het gebruik van biosimilars te verhogen, om op deze manier betaalbare zorg voor zo veel mogelijk patiënten te garanderen. Het is voorlopig nog afwachten welke maatregelen we mogen verwachten in de nabije toekomst. 

 

Het belang van onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek
In de zoektocht naar verklaringen waarom het biosimilar gebruik in sommige landen laag blijft, werden reeds een veelvoud aan wetenschappelijke studies uitgevoerd om hier zicht op te krijgen. Het identificeren van problemen en uitdagingen is een noodzakelijke voorwaarde voor beleidsmakers om gericht te kunnen ingrijpen met maatregelen. Daarnaast volgde heel wat beleidsonderzoek om te bekijken welke beleidsmaatregelen de meest geschikte zijn om het gebruik van biosimilars te verhogen, met als uiteindelijke doel meer patiënten toegang te geven tot biologicals. 


Daarenboven hebben wetenschappelijke studies ook een aantal twijfels en bezorgdheden kunnen wegnemen of uitklaren bij artsen en patiënten. Er bestond gedurende lange tijd twijfel over de gelijkwaardige werkzaamheid en veiligheid van biosimilars ten opzichte van hun originele biological, zeker in de context van het overstappen of switchen. Niet alleen heeft wetenschappelijk onderzoek deze twijfel kunnen identificeren, maar ze heeft ook bijgedragen om deze weg te nemen. 


Zo toonden 178 klinische overstap of switch studies, die meer dan 20.000 geswitchte patiënten omvatten, aan dat het overstappen van een originator biological naar zijn biosimilar leidt tot dezelfde werkzaamheid en veiligheid.(8) Dit onderlijnt dat patiënten veilig kunnen overstappen van een originele biological naar een biosimilar. Ook het overstappen van de ene biosimilar naar de andere, werd door 23 verschillende klinische onderzoeken als veilig beschouwd.(9) 

 


Het mag duidelijk zijn dat de wetenschap al een belangrijke bijdrage geleverd heeft aan een meer betaalbare zorg en toegang tot biologische geneesmiddelen. Al moet men voor ogen houden dat er nog uitdagingen op ons af komen. Het verschijnen van nieuwe biosimilars in nieuwe therapeutische domeinen gaat gepaard met nieuwe uitdagingen. Ook is bijkomend onderzoek nodig over het effect van interventies om deze uitdagingen of belemmeringen weg te nemen. Voorts blijven er vragen over de duurzaamheid op lange termijn van de Europese markten voor biologische geneesmiddelen, met inbegrip van biosimilars. Hierin is het zoeken naar de balans tussen enerzijds betaalbare geneesmiddelen en anderzijds het vrijwaren van de economische levensvatbaarheid voor farmaceutische bedrijven essentieel. Het bestaan van een concurrentiële markt en de bijhorende prijsdalingen gaan immers samen met meer toegang tot biologicals, inclusief het vermijden van tekorten van deze belangrijke geneesmiddelen. 

 

Lees hier de nieuwe folder over biosimilars, ontwikkeld door EUPATI België in samenwerking met diverse patiëntenorganisaties.

De folder liever in het Frans of Engels? Klik dan hier.

 

Met dank aan Yannick Vandenplas, PhD onderzoeker aan het departement voor farmaceutische en farmacologische wetenschappen van de KU Leuven

 

Referenties
1.    Wat moet ik weten of biosimilars: Informatie voor patiënten. Europees Geneesmiddelenagentschap (EMA). 2016. Beschikbaar op: https://ec.europa.eu/docsroom/documents/26643/attachments/1/translations/nl/renditions/native
2.    Declerk P, Danesi R, Petersel D, Jacobs I. The Language of Biosimilars: Clarification, Definitions, and Regulatory Aspects. Drugs. 2017. 
3.    Wat is een biosimilar geneesmiddel? Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG). 2018. Beschikbaar op: https://www.faggcampagnes.be/nl/biologische-en-biosimilaire-geneesmiddelen/wat-een-biosimilair-geneesmiddel
4.    Barbier L, Vulto AG. Interchangeability of Biosimilars: Overcoming the Final Hurdles. Drugs. 2021. 
5.    Wolff-Holz E, Tiitso K, Vleminckx C, Weise M. Evolution of the EU biosimilar framework: past and future. BioDrugs. 2019. 
6.    Moorkens E, Vulto AG, Huys I. Biosimilars in Belgium: a proposal for a more competitive market. Acta Clin. Belg. 2020. 
7.    Vandenplas Y, Simoens S, Van Wilder P, Vulto AG and Huys I. Off-Patent Biological and Biosimilar Medicines in Belgium: A Market Landscape Analysis. Front. Pharmacol. 2021. 
8.    Barbier L, Ebbers H, Declerck P, Simoens S, Vulto A, Huys I. The efficacy, safety and immunogenicity of switching between reference biopharmaceuticals and biosimilars: a systematic review. Clin Pharmacol Ther. 2020. 
9.    Cohen H, Hachaichi S, Bodenmueller W et al. Switching from One Biosimilar to Another Biosimilar of the Same Reference Biologic: A Systematic Review of Studies. BioDrugs. 2022.